'Altijd graag in voor een glas wijn'
De burgemeester, het meisje en de hotelier
De 67-jarige ex-burgemeester van Noordwijk Harry Groen wilde een toen 22-jarige serveerster voor seks lokken. Dat beweert haar baas van Hotels van Oranje. Wat was er precies aan de hand?
In vervolg op een eerder bericht poogden we de zaak uit te zoeken:
Harry Groen is lid van afdeling Noordwijk van de Rotary club, een internationale organisatie die wereldwijd ondermeer een deel van de elite van samenlevingen bindt. Rotary Noordwijk vergaderde tot vorig jaar oktober in Hotels van Oranje.
De Directeur Bram Mol beschuldigt een lid van de Rotary van ongewenste intimiteiten richting een medewerkster van het hotel. Volgens Mol heeft dat lid tot twee keer toe de jonge vrouw een oneerbaar voorstel gedaan via een briefje met daarop ook zijn telefoonnummer. Dat lid, aangeduid als H.G., is Harry Groen, tot afgelopen zomer burgemeester van Noordwijk.
De vraag is waarom Hotels van Oranje geen aangifte heeft gedaan van de zaak. Bram Mol verwijst naar een brief die hij naar alle leden van Rotary Noordwijk stuurde en die via een van hen uitlekte. Die brief luidt als volgt.
“Geachte leden van het bestuur van Rotaryclub Noordwijk e.O.,
Wij hebben uw brief van 13 oktober jl. in goede orde ontvangen.
Ter voorkoming van misverstanden, achten wij het van belang te reageren op uw brief.
Medio vorig jaar werden wij door onze Maître, de heer Jacques van Hanegem, geconfronteerd met een uiterst onaangename situatie. Een van uw Rotaryclubleden (door uw voorzitter aangeduid als H.G.) heeft bij herhaling een briefje in de hand gestopt van een van onze medewerksters met een obscene en suggestieve uitnodiging, inclusief zijn mobiele telefoonnummer.
De eerste keer heeft de betrokken medewerkster het erbij gelaten en niet verder gereageerd. Toen zij kort daarna, tijdens een van uw Rotarybijeenkomsten, van het desbetreffende Rotarylid (H.G.) opnieuw een soortgelijk briefje in haar hand gedrukt kreeg, voelde zij zich ernstig geschoffeerd en onprettig. Zij wendde zich tot haar direct leidinggevende, de heer Jaques van Hanegem, die dit uiteraard rapporteerde aan de directie.
Op grond van het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemerschap behoren wij voor al onze medewerkers een veilige bescherming op de werkplek te garanderen. Welbewust, uit discretie overwegingen en ter vermijding van eventuele mogelijke wrijvingen op het persoonlijke vlak jegens betreffend Rotarylid (H.G.), hebben wij gekozen voor een persoonlijk gesprek met het toenmalige voltallige bestuur.
Unaniem was men van mening dat dergelijke gedrag van het betreffende Rotarylid (H.G.) zeer laakbaar en absoluut onacceptabel was.
Conclusie uit dit gesprek was, aangezien het betreffend Rotarylid (H.G.) – die toen nog een gezagdragende (voorbeeld)functie had – toch afscheid zou nemen van zijn baan in juli, dat dan tevens het einde zou betekenen van zijn lidmaatschap van de Rotaryclub Noordwijk e.O .
Deze voor ons kristalheldere afspraak bewandelde, zoals door ons allen beoogd een ‘Koninklijke Weg’, waarbij geen van partijen onnodig schade zou oplopen.
Derhalve hebben wij dit dan ook naar onze betrokken medewerkster gecommuniceerd en in overleg met haar destijds geen verdere actie ondernomen.
Groot was dan ook onze verbazing dat er na juli geen vertrek plaatsvond van betreffend Rotarylid (H.G.). Wederom hebben wij contact gezocht met het bestuur ter nakoming van onze afspraak.
De secretaris van uw bestuur herkende zich in de met ons gemaakte afspraak en heeft het betreffende Rotarylid (H.G.) verzocht om per 1 oktober jl. zijn lidmaatschap op te zeggen.
Ontluisterend was voor ons een week later de ommezwaai in het gesprek met de huidige voorzitter, die niets wilde weten van een eerdere afspraak en als zodanig de gehele infame affaire probeerde af te doen als een soort “onhandige versierpoging zoals er zoveel gebeurt op De Grent”.
De betrokken medewerkster (23 jaar) had volgens de voorzitter relatieproblemen en het betreffende Rotarylid (H.G. 67 jaar) zou haar willen hebben troosten ….. !?!
Hoe zou uw reactie zijn geweest als het slachtoffer zijn of uw kleindochter betrof.. .. ?
Tot onze verbijstering constateerden wij dat het Rotarybestuur, bij monde van haar huidige voorzitter, blijkbaar deze intolerabele affaire in de doofpot wilde stoppen. Hij ontkende glashard de afspraak met het vorige bestuur en wilde deze niet nakomen.
Weest u zich er terdege van bewust, dat wanneer wij destijds niet de stellige overtuiging hadden dat uw bestuur haar woord zou houden, wij zeker niet geschroomd zouden hebben om passende afdoende maatregelen te nemen jegens het betreffende Rotarylid (H.G.), uiteraard zulks ter protectie van al onze vrouwelijke medewerkers.
Kenmerkend is echter ook dat betreffend Rotarylid (H.G.), ondanks dàt hij door uw bestuur er meermaals indringend op is aangesproken, nooit enig gebaar van respect heeft getoond, dan wel zijn verontschuldiging heeft aangeboden, aan betrokken medewerkster.
Wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat, zowel de houding van het desbetreffende Rotarylid, als de visie van uw huidige voorzitter, haaks staan op de u bekende ‘4-Way Test’.
Het leek ons goed, gezien de doelstelling van deze brief, al uw overige en gewaardeerde leden eveneens van deze brief op de hoogte te stellen. In dat kader hebben wij deze brief tevens aan hen toegezonden.
Met betrekking tot de continuering van uw wekelijkse clubbijeenkomsten is het, gezien de onderhavige situatie, zeer verstandig dat u als bestuur de eer aan u zelf heeft gehouden door de overeenkomst met ons op te zeggen.”
Rotary-voorzitter
Bram Mol refereert aan de 4-Way test van Rotary, die het volgende voorschrijft
“Bij de dingen die we denken, zeggen of doen stellen we ons de volgende vier vragen
Is het waar?
Is het billijk voor alle betrokkenen?
Bevordert het onderling vertrouwen en vriendschap?
Komt het alle betrokkenen ten goede?
De huidige voorzitter van Rotary Noordwijk en Omstreken is Cor van den Bos (1952), voormalig lid van de Raad van Bestuur van SNS Reaal en voorzitter van de directie Reaal Verzekeringen, nu commissaris bij verzekeraar ASR.
Wat doet u verder met deze zaak?
Van den Bos: “Ik weet niet wat u met zaak bedoelt, want voor mij is het geen zaak. U weet als journalist dat het buitengewoon lastig is om je te verdedigen over onware zaken die over je geschreven worden. Dat is een heel lastig proces en dat voegt ook weinig toe. In die situatie zitten wij ook.
Er worden verschrikkelijk veel onware dingen gezegd door de Hotels van Oranje en die worden door de pers allemaal klakkeloos overgenomen en soms nog aangedikt ook. Daar kun je je bijna niet tegen verdedigen.”
Er is geen zaak volgens u maar u kent de correspondentie waarin de heer Mol gewag maakt van een afspraak dat het lidmaatschap van de heer Groen van Rotary zou ophouden…
Van den Bos: “Het is allemaal onwaar. We kunnen op details ingaan, maar alles is onwaar. Hij heeft niets laten rusten wat ons betreft. Als hij vindt dat hij wel een zaak heeft, dan was er maar één goede reactie geweest: dan had hij zestien maanden geleden toen dit speelde naar de politie moeten. Want als je met dit soort dingen een zaak hebt, is er maar één loket waar je naar toe moet en dat is de politie. Die zoekt het uit en stelt vast. Maar er is geen zaak, dus zijn ze niet naar de politie gegaan en vandaar al die verhalen.”
Er is ook geen briefje?
Van den Bos: “Het gaat niet om briefjes. Het gaat erom of er iets is, maar er is niets.”
In de kern gaat het om een briefje van …
Van den Bos: “Dan moet ik op allemaal details ingaan en moet ik steeds zeggen: dat is niet waar en dat is niet juist.”
Dus er is geen briefje?
Van den Bos: “Ik zeg tegen u: er is geen zaak…”
Dat begrijp ik, maar is er een briefje?
“…als iemand zegt ‘er is wel een zaak’, dan moet hij naar de politie gaan. En voor de rest heb ik er geen commentaar op. Er is niets geseponeerd, dat is allemaal onzin wat ze vertellen. Er zijn geen afspraken gemaakt, onzin.”
Maar de zaak draait wel om een briefje. Is dat er wel of is dat er niet?
Van den Bos: “Er is geen zaak, er is geen obsceen briefje zoals ze schrijven. Het is er gewoon niet.”
Maar is er een briefje, of u dat nu obsceen vindt of niet?
“Ok weet niet wat er allemaal voor briefjes kunnen zijn. Er is geen obsceen briefje.”
Dus u ontkent niet dat er een briefje is geweest?
“Mijnheer, ik weet niet wat er allemaal is….”
De hotelier van Oranje: leugenaar!
Om de kwestie te kunnen beoordelen is er een aangifte nodig en of de inhoud van het briefje, waarvan de Rotary-voorzitter uiteindelijk ook niet ontkent dat het er is. Terug naar hotels van Oranje, met de woordvoerster van directeur Bram Mol.
De heer Groen zou twee keer een briefje aan de medewerkster hebben gegeven, heeft u beide?
“Het eerste briefje heeft onze medewerkerster niet erg serieus genomen, mar het tweede bevatte een dusdanig prikkelende suggestieve uitnodiging dat zij dit als heel onprettig en intimiderend heeft ervaren. Daarmee is ze naar de leiding gestapt en dat briefje hebben wij nog in bezit. We houden dat in de kluis.”
Wat staat erop?
“Dat houden wij voor ons, het blijft in de kluis en alleen als er een zaak van zou komen komt het eruit. Wij beschouwen de zaak nu als afgedaan.”
Maar u kunt toch vertellen wat erop stond, om de lezers te overtuigen?
“Nee, ik weet ook niet precies meer wat erop staat, maar de inhoud liet niets te raden over wat betreft de intenties. Bovendien, ging het voor een 22-jarig meisje om een hele overweldigende mijnheer die zomaar schaamteloos zijn bijbedoelingen uitte. Dat is echt heel intimiderend voor een jong meisje. Had hij dat gedaan bij een leeftijdsgenoot van 67, dan is het misschien anders.”
En dan de afspraak over het lidmaatschap van de heer Groen, ook daarvan zegt de Rotary dat u liegt. Is dat juist?
“Die afspraak is gemaakt in een vergadering met zes personen en niet de minste. Al die personen weten van de afspraak. De huidige Rotary-voorzitter was er niet bij, maar zijn collega’s wel.”
Waarom doet u niet gewoon aangifte?
“In overleg met onze medewerkster is besloten dat niet te doen. Ze is kwetsbaar en de maatregel om de heer Groen hier tot persona non grata te verklaren is voldoende voor haar en ook de overige medewerkers van het hotel hebben daar vrede mee.”
Zonder aangifte en zonder inhoud van het briefje blijft er toch twijfel?
“Er is geen twijfel over mogelijk, dat weet elke betrokkene, inclusief de heer Groen. En deze zaak staat ook niet op zichzelf. Als de beschuldiging werkelijk vals zou zijn, dan had ook de heer Groen al aangifte gedaan. Wij laten het verder rusten.”I
Harry Groen: glas wijn en excuses
Harry Groen wilde mijn vragen niet beantwoorden. Hij reageerde in het lokale blad De Noordwijker, waar ik bovenstaand artikel publiceerde, een week later via Linda Versteege bij wie de gemeente Noordwijk eerder opdrachtgever was. Over de kwestie is Groen helder:
“Tussen de Rotaryleden en het personeel ontstaat een band en er heerst een prettige, informele sfeer. Omdat zij erg zat met haar privé situatie, heb ik haar mijn hulp aangeboden en heb ik haar een briefje overhandigd met daarop de tekst: ‘Altijd graag in voor een glas wijn en altijd bereikbaar’ met daarop mijn mobiele telefoonnummer en mijn naam. Naar mijn weten is er maar één briefje geweest.”
Rotary komt terug op de zaak in een brief aan hotelier Mol en zegt: “Er is ruim 14 maanden geleden een gesprek geweest tussen het betreffende rotarylid en uw medewerkster in uw restaurant, in de nabijheid van diverse andere mensen, aan het begin van onze wekelijkse bijeenkomst. In dat gesprek is door uw medewerkster op eigen initiatief haar ongelukkige privé situatie gedeeld met ons lid.
Hij heeft haar zijn hulp aangeboden. Vervolgens heeft ons lid haar tweemaal een briefje overhandigd. Het ene met een telefoonnummer erop geschreven en het andere met de tekst “Altijd graag in voor een glas wijn en altijd beschikbaar”, met een mobiel nummer en de voornaam van het betreffende lid.”
Hotelier Mol heeft die inhoud niet betwist. Geen wonder dat hij geen aangifte deed want er is op zich geen obsceen voorstel. Of het zo wel bedoeld is kun je niet vaststellen. Maar wat er niet staat, staat er niet. Er is geen reden voor de hotelier om het briefje in de kluis te bewaren.
Maar volgens Groen had hij mogelijk wel ‘verwarring’ gezaaid bij de jonge vrouw en hij erkent ook dat er een gesprek over was met Hotels van Oranje:
“Ik heb toen de situatie verklaard en direct aangegeven dat als ik met mijn aanbod aan betreffende medewerkster verwarring had veroorzaakt, ik daar openlijk mijn excuses voor wilde maken, omdat het nooit zo bedoeld was. De Hotels van Oranje zijn echter nooit op dat aanbod ingegaan.
Wel heb ik persoonlijk aan de medewerkster binnen veertien dagen na het geven van het briefje mijn verontschuldigingen gemaakt. Ik was daarna meer dan welkom in de Hotels van Oranje, heb nooit enige weerstand gemerkt. Noch van de heren Mol en De Boer, noch van de medewerkster.
Zij bleef gedurende de hele periode van 14 maanden na het voorval met zichtbaar plezier de club en mijzelf op de wekelijkse bijeenkomsten bedienen. Met haar – en anderen – heb ik zelfs na verandering van mijn functie binnen de Rotary nog vrijwel wekelijks overleg gehad voor de invulling van de bijeenkomsten. Waarbij nooit enige blijk van ongemakkelijkheid naar voren is gekomen.”
Is de serveerster wellicht twee keer gebruikt, eerst door Groen, toen door Oranje? (Heette ze geen Rood) Of niets aan de hand?
Peter Olsthoorn | 13-11-11 13:33
Uw e-mail adres wordt niet gepubliceerd en niet aan derden verstrekt.
Omgangsvormen