Hap snap policologie van PVV-ideoloog
Martin Bosma en Jacques de Kadt
In De schijn-élite van de valse munters betoont Tweede Kamerlid Martin Bosma van de PVV zich zelf een ‘valse munter’door het gedachtengoed van Jacques de Kadt verkeerd uit te leggen.
Gelezen: Martin Bosma – Te licht bevonden
Vandaag verschijnt dit ‘pamflet’ van Ronald Havenaar. Hij promoveerde op Jacques de Kadt, een politicus uit de vorige eeuw waarop Bosma zijn boek voor een deel baseert. Havenaar ziet het als bijdrage aan de verkiezingscampagne, een bijdrage gericht tegen de PVV.
Havenaar verwijt Bosma niet enkel selectie en lui citeren van De Kadt, maar ook vals: met opzettelijk verkeerd combineren en met weglaten van citaten en delen daarvan. Enkele citaten uit het ‘schotschrift’:
“De titel van zijn boek is ontleend aan een passage uit Het fascisme en de nieuwe vrijheid, dat De Kadt in 1939 schreef.2 Meer nog gaat de waardering van Bosma uit naar De politiek der gematigden, het laatste boek van De Kadt, verschenen in 1972. De vraag is hoe goed Bosma deze werken heeft gelezen.
De politiek der gematigden is een livre d’humeur tegen de ’68-generatie, maar dan wel tegen juist die radicale babyboomidealen die Bosma overneemt: de directe
democratie, de actiepartij, het idee dat de spontane wil van het volk richtinggevend moet zijn…
Hij zegt De Kadt te bewonderen om diens pleidooi voor een ”˜weerbare democratie’, die de strijd met haar tegenstanders opzoekt. Maar deze democratie moest volgens De Kadt juist zo veel mogelijk gevrijwaard blijven van de rechtstreekse volksinvloed.
In zijn laatste boek blaast hij het idee van de eliteheerschappij, dat hij ruim dertig jaar eerder in Het fascisme en de nieuwe vrijheid had gepropageerd, nieuw leven in…
Waar het om gaat is dat dit democratiemodel mijlenver afstaat van Bosma’s directe democratie die het volk rechtstreeks het volle pond wil geven. Zijn beroep op De Kadt als de uitvinder van de weerbare democratie die ook Bosma voor ogen staat, raakt dus kant noch wal…
De politiek der gematigden is in dit opzicht vooral een pleidooi voor zakelijkheid. De belangrijkste opdracht van politiek denken, aldus De Kadt, is contact maken met de werkelijkheid. Dat kan alleen als die realiteit wordt benaderd met een open geest. Vrije geesten distantií«ren zich van axioma’s en formules die geen stand houden tegen zakelijke argumenten.
Zakelijkheid is altijd concreet, vereist kennis van de politieke praktijk in zowel haar actuele als historische gedaante…Zakelijkheid, kennis en inzicht: dat zijn precies de elementen die in het boek van Martin Bosma afwezig zijn…”
Hitler en Wilders
“Hitler extreemlinks noemen, zoals Martin Bosma doet, dat is niets anders dan historische terminologie tot speelbal van politieke willekeur maken. Maar voor Bosma is alles geoorloofd, zoals ook blijkt uit zijn opmerking over Joop den Uyl, die volgens het commentaar van diens partijgenoot Henk Vredeling een nationalist was: ”˜Ook dat kan dus geen reden zijn om Hitler in te delen bij het rechtse kamp,’ schrijft hij. Den Uyl was links en nationalist, dus ligt het volgens de voddige redenering van Bosma voor de hand om de nationalist Hitler ook links te noemen…
Zijn hoofdstuk over Hitler, waarin een fors gevulde boekenkast omver wordt getrokken, laat zien dat De schijn-élite het typische product is van een halfintellectueel die heel wat gelezen heeft, maar niet in staat is zijn weetjes in een aannemelijke context plaatsen.
Wat hem echter ook bij dit onderwerp, net als bij zijn karakteristiek van het fenomeen-Hitler, van de meester onderscheidt is dat de kennis en het inzicht die De Kadt zich eigen maakte voordat hij tot een standpunt kwam, bij Martin Bosma zijn vervangen door geloofsijver…
In zijn gebrek aan belangstelling voor deze gevarieerde politieke praktijk toont Bosma zich een fanatieke apostel van de anti-islamkerk. Hij klemt zich vast aan een gesloten wereldbeeld dat de islam een agressief en imperialistisch stempel geeft.
Tal van citaten uit de Koran moeten het bewijs leveren dat zijn overtuiging juist is. Bosma doet in dit opzicht niet aan politiek, maar aan theologie. Elke belangstelling voor de nuances van de politieke praktijk is hem vreemd, alleen de tekst van de schrift telt. Hij blijft, om Jacques de Kadt te citeren, ”˜op papagaai-achtige wijze ”¦ schema’s herhalen’…
Als zendeling haalt Bosma alles uit de kast om deze auteur voor de loodzware kar van zijn missiedrang te spannen. Niet alleen de anticommunist wordt aangeroepen, bij De Kadt kun je volgens Bosma ook lezen hoe groot de gelijkenis is tussen nationaalsocialisme en islam.
Om dit aan te tonen heeft hij een uit verschillende passages samengesteld citaat uit ‘Het fascisme en de nieuwe vrijheid’ in elkaar geknutseld (Bosma slaagt erin bij herhaling naar het verkeerde boek en naar verkeerde bladzijden te verwijzen).”
*) Het stuk van Havenaar is uitgegeven door Van Oorschot en ook gratis te verkrijgen in een aantal boekhandels. (De Volkskrant zegt ‘bij de betere boekhandel’, dat is een discriminerende grachtengordelterm net als overigens de term ‘weldenkend mens’.)
Peter Olsthoorn | 17-02-11 16:24
Reacties
Tipo | 18/02/11 om 13:27
Havenaar weet niet genoeg van de islam om zijn punt te kunnen maken. Zo zegt Havenaar dat democratie en islam prima te combineren is, omdat het in Turkije werkt. In Turkije werkt islam en democratie echter niet als combinatie, maar als totaal gescheiden entiteiten, met een Turks leger er tussen. Daar gaat Havenaar dus al de mist in.
Tevens doet Havenaar net alsof Bosma zelf verzonnen heeft dat islam een politieke ideologie is. Dat is natuurlijk niet waar, velen gingen hem voor met deze gedachte. Ataturk wist dit al veel eerder. Gamal Abdel Nasser wist dit ook al in 1954.
De vergelijking tussen fascisme en islam is ook niet voor het eerst gemaakt gemaakt in de geschiedenis. De praktijk in Iran of Afghanistan (En straks Egypte) bewijst dat het vergelijkbare kenmerken heeft, maar Havenaar wil dat blijkbaar niet zien.
Enkel een scheiding tussen islam en staat kan een democratie met rechtsstaat en mensenrechten garanderen. Iedere invloed van de islam op de rechtsstaat is direct een combinatie waar de rechtsstaat wordt verkracht en de mensenrechten overboord worden gezet.
Havenaar doet ook alsof Bosma het hoofd in de schoot heeft gelegd in zijn strijd tegen de sluipende invloed van islam op democratie in het Westen, maar dat heb ik niet gelezen in Bosma’s boek. Bosma wil enkel onze westerse democratie weerbaar maken tegen de sluipende invloed van islam via politieke en juridische weg. Havenaar noemt Bosma defaitistisch en het aantal moslims en het aantal ‘fundamentalistische’ moslims te klein om bang van te worden. Maar dan gaat Havenaar voorbij aan de invloed die islamitische terreur aan de ene kant en de islamitisch-juridische jihad aan de andere kant heeft op bestuurders in ons land die denken te maken te hebben met een religie van vrede. De waarschuwing van Bosma is dan ook noodzakelijk en hij zou dit het liefst op dezelfde profetische wijze als Jaques de Kadt doen.
Bosma heeft in ieder geval zijn tegenstander bestudeert. Hij heeft Nederlandse varianten van de Jizya (kopvoddentax), Bijbelverbod (koranverbod) en Fitna (onrust) voorgesteld om Nederlandse bestuurders wakker te krijgen.
Met het schotschrift van Havenaar is dus nog niet alles gezegd. Bosma zal niet alles van De Kadt op dezelfde wijze als Havenaar begrepen hebben, maar Havenaar heeft in ieder geval niets van islam begrepen.
Havenaar heeft ook niks van de PVV (en de Verlichting) begrepen, als hij stelt dat de PVV de afkeer van moslims exploiteert ipv de afkeer tegen islam. Op dat punt wordt Havenaars schotschrift een leeg en oppervlakkig D66-verhaal opgezet als goedkope stroman.
Tiemen | 21/02/11 om 00:10
De reactie van Tipo maakt al korte metten met het pamflet van Havenaar. Ik wil er nog aan toevoegen dat Alexis de Tocqueville in de negentiende eeuw al schreef: “Mohammed heeft niet alleen religieuze doctrines uit de hemel doen afdalen en in de koran gezet, maar ook politieke maximes, civiele wetten en strafwetten en wetenschappelijke theorieí«n.” Ook Voltaire, Schopenhauer en Marx (!) hebben zich op soortgelijke wijze over de islam uitgelaten. Niet zo vreemd, want in die tijd was het Ottomaanse Rijk met zijn barbaarse gebruiken nog een serieuze bedreiging voor de vrede in Europa.